Afdrukken werkbonnen
Verkopen > Projecten > Werkbonnen > menu Afdrukken

Met dit programma kun je werkbonnen afdrukken. Je hebt hier de volgende mogelijkheden: 

Afdrukinstelling

Je kunt eventueel gebruik maken van een afdrukinstelling.

De laatst gebruikte instelling wordt dan automatisch opgeslagen onder volgnummer 000.

Je kunt ook zelf een afdrukinstelling toevoegen of wijzigen via de knop Instellingen.

Layout-soort

Via de knop Muteren layouts kun je een afdruk-layout toevoegen, wijzigen of verwijderen.

Selectie

Je kunt een selectie maken op:

• Volgnummer, van de werkbonnen;
• Projectcode
• Projectgroep, het volgnummer van de projectgroepen;
• Projectleider, de zoekcode van de projectleiders;
• Debiteur, debiteurnummer;
• Uitvoeren op, de datum waarop de werkbon moet zijn uitgevoerd.

Je kunt de werkbonnen ook selecteren op projectsoort en werkbonstatus (zie hierna).

Reeds afgedrukte werkbonnen nogmaals afdrukken

Per werkbon wordt bijgehouden of die is afgedrukt. Geef hier aan of je de werkbonnen die in de selectie vallen, maar die al een of meer keer zijn afgedrukt, nogmaals wilt afdrukken. Laat je het vakje leeg, dan worden alleen de werkbonnen afgedrukt die nog nooit afgedrukt zijn.

Projectsoort

Je kunt een aanvullende selectie maken op de projectsoort (Regie, Termijn, Intern, Proef).

Werkbonstatus

Je kunt ook een selectie maken op de werkbonstatus (Concept, Voorbereid, Onderhanden, Afgehandeld).

Printer selecteren

Selecteer dit vakje, als je voor deze afdruk een andere printer wilt selecteren dan de default-Windows-printer.

Knoppen

In het venster vindt je de volgende knoppen:

• Instellingen, via deze knop kun je de gekozen afdrukinstelling van dit venster opslaan:

  Met Opslaan kun je ook de geselecteerde afdrukinstelling wijzigen.

  Met Opslaan nieuw wordt een nieuwe afdrukinstelling toegevoegd.

• Voorbeeld, je krijgt een voorbeeld-afdruk op het scherm, waarna je alsnog de afdruk kunt maken.

  In deze schermafdruk kun je wel zoeken op tekst.

• Bestand..., met deze knop kun je de afdruk opslaan als een bestand.

  Het venster Afdruk naar bestand wordt geopend, waar het afdrukformaat en de bestandsnaam kan worden opgegeven.

• Afdrukken, het rapport wordt naar de printer verzonden.

• Sluiten, het venster wordt gesloten zonder af te drukken.

  Als tijdens het afdrukken op Sluiten wordt geklikt, wordt het afdrukken afgebroken.

Zie ook