Projectgegevens: Facturering
Verkopen > Projecten > Projecten > knop Wijzigen/Toevoegen > tab Facturering

Op deze tabkaart kun je instellingen vastleggen inzake de facturering van het project. Op projectonderdelen van de soort Termijn zijn de meeste invoervelden op deze tabkaart niet van toepassing, omdat bij dergelijke projecten en projectonderdelen niet de projectmutaties (activiteiten, artikelen en overige kosten) maar de projecttermijnen worden gefactureerd. Deze tabkaart is ook niet van toepassing op een intern project, omdat dat niet gefactureerd wordt.

Facturering

  • Default BTW-code, hier kun je eventueel een default BTW-code opgeven. Dat is alleen nodig als je een andere default wilt gebruiken dan in de Vaste gegevens projecten is opgegeven. Deze BTW-code kan als default worden gebruikt bij nieuw aan te maken projecttermijnen, en bij de afwijkende prijzen t.b.v. de prijsopgave;

  • Contactpersoon, op de projectfactuur wordt de contactpersoon afgedrukt die is ingevuld in programma Default-contactpersoonfuncties bij Factuur 'batch'. Wil je op de projectfacturen een andere contactpersoon afdrukken, dan moet je die hier selecteren;

  • Betalingsconditie, default-waarde is de betalingsconditie van de debiteur. Je kunt hier eventueel een andere betalingsconditie selecteren;
  • Leveringsconditie, default-waarde is de leveringsconditie van de debiteur. Je kunt hier eventueel een andere leveringsconditie selecteren;

Inkoopcombinatie

Met de optie Inkoopcombinatie kun je voor debiteur A een project uitvoeren terwijl debiteur B (de inkoopcombinatie) de factuur krijgt. Behoort deze debiteur tot een inkoopcombinatie, dan selecteer je het vakje en kun je een drietal debiteurnummers invoeren:

  • Factuurdebiteur, selecteer hier de factuurdebiteur (dat is de debiteur die de factuur moet ontvangen), meestal is dat de inkoopcombinatie. Met F8 kun je de projectdebiteur overnemen;

  • Debiteurnr. omzet, geef hier aan op welke debiteur de omzet moet worden geboekt. Dat kan de inkoopcombinatie zijn maar ook de debiteur die de order plaatst. Met F8 kun je de projectdebiteur overnemen en met F9 de factuurdebiteur;

  • Debiteurnr. prijzen, geef hier aan welke prijsafspraken moeten worden gebruikt bij het invoeren van het project. Meestal zullen de prijsafspraken van de inkoopcombinatie worden gebruikt; in dat geval vul je hier het debiteurnummer van de inkoopcombinatie in. Met F8 kun je de projectdebiteur overnemen en met F9 de factuurdebiteur.

Houd bij het instellen van de detaillering rekening met het volgende: 

  • de detaillering is van toepassing op mutaties die op regieprojectonderdelen zijn geboekt. Wijzigingen in de detaillering worden niet toegepast op bestaande factuurvoorstellen voor dit project. Wil je dat wel, dan moet je het factuurvoorstel verwijderen en opnieuw aanmaken;

  • de detaillering is ook in te stellen voor een termijnproject, omdat een termijnproject onderdelen kan hebben van de soort Regie;
  • de activiteiten, artikelen en overige kosten worden altijd gefactureerd via de tariefregels zoals ingesteld in de Vaste gegevens projecten;

  • hanteer je de default-instelling, dan is er geen detaillering en wordt voor elk van de mutatiesoorten Activiteit, Artikel en Overige kosten één tariefregel op de factuur afgedrukt;
  • per projectonderdeel kan een afwijkende instelling worden opgegeven, zie tabkaart Structuur: Facturering.

Je kunt hieronder bij Detaillering aangeven in welke mate de projectmutaties op de factuur moeten worden verdicht:

Detaillering van activiteiten op facturen

  • Activiteit specificeren, selecteer dit vakje om van elke activiteit een tariefregel op de factuur af te drukken;

  • Opbrengstgroep specificeren, selecteer dit vakje om van elke opbrengstgroep een tariefregel op de factuur af te drukken;

  • Medewerker specificeren, selecteer dit vakje om van elke medewerker een tariefregel op de factuur af te drukken.

Het is niet mogelijk om zowel Activiteiten als Opbrengstgroepen te specificeren. Laat je deze drie vakjes leeg, dan worden alle activiteiten getotaliseerd (verdicht) op de factuur weergegeven. Per projectonderdeel kun je een afwijkende verdichting opgeven, zie tabkaart Structuur: Facturering.

Detaillering van artikelen op facturen

  • Artikel specificeren, selecteer dit vakje om van elk artikel een tariefregel op de factuur af te drukken;

  • Opbrengstgroep specificeren, selecteer dit vakje om van elke opbrengstgroep een tariefregel op de factuur af te drukken.

Het is niet mogelijk om zowel Artikelen als Opbrengstgroepen te specificeren. Laat je deze twee vakjes leeg, dan worden alle artikelen getotaliseerd (verdicht) op de factuur weergegeven. Per projectonderdeel kun je een afwijkende verdichting opgeven, zie tabkaart Structuur: Facturering.

Detaillering van overige kosten op facturen

  • Overige kosten specificeren, selecteer dit vakje om van elk projecttarief van de soort Overige kosten een tariefregel op de factuur af te drukken;

  • Opbrengstgroep specificeren, selecteer dit vakje om van elke opbrengstgroep een tariefregel op de factuur af te drukken.

Het is niet mogelijk om zowel Overige kosten als Opbrengstgroepen te specificeren. Laat je deze twee vakjes leeg, dan worden alle overige kosten getotaliseerd (verdicht) op de factuur weergegeven. Per projectonderdeel kun je een afwijkende verdichting opgeven, zie tabkaart Structuur: Facturering.

Per factuurregel projectmutaties afdrukken

Op de factuur kun je onder elke factuurregel eventueel ook alle bijbehorende projectmutaties afdrukken. Als je dat wilt, selecteer je een of meer van onderstaande selectievakjes:

  • Alle activiteitmutaties afdrukken, selecteer dit vakje om op de factuur per factuurregel de bijbehorende projectmutaties van de soort Activiteit af te drukken;
  • Alle artikelmutaties afdrukken, selecteer dit vakje om op de factuur per factuurregel de bijbehorende projectmutaties van de soort Artikel af te drukken;
  • Alle overige-kostenmutaties afdrukken, selecteer dit vakje om op de factuur per factuurregel de bijbehorende projectmutaties van de soort Overige kosten af te drukken;

Let op:

  • In programma Vaste gegevens orders/facturering, tabkaart Documenten, stel je in dat de projectfacturen worden afgedrukt met layout 971 Projectfactuur met specificatie (of met een zelfgemaakte layout waarmee de projectmutaties kunnen worden afgedrukt);
  • De projectmutaties worden alleen afgedrukt zolang de factuur niet gecrediteerd is, dus niet op de creditnota, en ook niet op de factuur die na creditering wordt afgedrukt.

Naar Projectgegevens

 

Koppelingspictogram voor conceptenZie ook